Archieven

Omdat de focus van historisch onderzoek naar strafbare feiten tijdens de Tweede Wereldoorlog vaak op verzet en collaboratie ligt, weten we nog maar heel weinig over ‘gewone’ criminaliteit. Een focus hierop geeft dus inzicht in het dagelijks leven, gedrag en opvattingen van alle ‘gewone’ Nederlanders die tijdens de bezetting in aanraking kwamen met criminaliteit. Juist gerechtelijke bronnen zijn bij uitstek geschikt om de stem van deze mensen te horen, omdat zij in veel andere bronnen niet aan het woord komen.

Justitieel vervolgingsbeleid

Hoe gaf het Openbaar Ministerie tijdens de bezetting vorm aan het vervolgingsbeleid ten aanzien van diefstal, heling en andere vermogensdelicten? Om deze vraag te beantwoorden, bestuderen we archieven van de secretaris-generaal, de procureurs-generaal en de officieren van Justitie.

De procureurs-generaal van de verschillende gerechtelijke ressorten gaven vorm aan het vervolgingsbeleid. Een aantal van deze hoge magistraten werd gedurende de bezetting vervangen door nationaalsocialisten. De notulen van hun vergaderingen dienen om problemen en discussiepunten met betrekking tot het vervolgingsbeleid ten aanzien van diefstal te signaleren.

De officieren van Justitie stonden het dichtst bij de praktijk van het vervolgingsbeleid. Op dit niveau kijken we naar zowel beleidsvorming als naar de praktijk van de uitvoering van het vervolgingsbeleid.

Bestraffingspraktijk in de rechtbanken

Hoe zien we oorlogsgerelateerde omstandigheden (zoals schaarste en honger) terug als strafverzwarende of strafverlichtende omstandigheden, opgevoerd door verdachten, getuigen, benadeelden en/of rechters en welke impact had dit op vonnissen?

Om een vraag als deze te beantwoorden, zijn twee reeksen proces- en strafdossiers (1936-1949) en twee reeksen vonnissen (1937-1949) van de arrondissementsrechtbanken ‘s-Hertogenbosch en Haarlem gedigitaliseerd. Om dit omvangrijke seriële bronnenmateriaal doorzoekbaar te maken en sleutelwoorden en tekstcombinaties gemakkelijk op te sporen, wordt dit materiaal door middel van Optical Character Recognition (OCR) doorzoekbaar gemaakt.

Het arrondissement ‘s-Hertogenbosch is interessant vanwege het criminele imago van Oost-Brabant in de twintigste eeuw. Daarnaast is het arrondissement interessant vanwege de gemengde landelijke en stedelijke bevolking. Ook de brandstofschaarste en voedselcrisis die deze regio direct na de bevrijding trof is interessant.

Het arrondissement Haarlem is interessant omdat het een andere oorlogservaring heeft dan Den Bosch. Haarlem is bij uitstek een casus om de gevolgen van de hongersnood in 1944-1945 voor de criminele activiteiten van burgers te onderzoeken. Daar komt bij dat het gerechtelijke arrondissement Haarlem, qua bevolkingsomvang en gemengde landelijke en stedelijke bevolking sterk vergelijkbaar met de situatie in ‘s-Hertogenbosch.

In proces- en strafdossiers komen zowel burgers (verdachten, getuigen en benadeelden) als magistraten (medewerkers van het OM en rechters) aan het woord. Te denken valt bijvoorbeeld aan processen-verbaal van verhoren, correspondentie tussen magistraten en bewijsmateriaal. In de vonnissen en processen-verbaal van terechtzittingen komen verdachten en getuigen aan het woord en geven rechters hun overwegingen voor de straftoemeting. Door zowel naar de proces- en strafdossiers als de vonnissen en processen-verbaal van terechtzittingen te kijken, krijgen we zicht op opvattingen ten aanzien van zowel ‘zware’ als ‘lichte’ misdrijven.