Vreemdgaan tijdens de oorlog

Door Dion Merkelbag

Wat doe je als je vrouw door haar eigen zus wordt beschuldigd van vreemdgaan? De meeste mensen zouden er alles aan doen om achter de waarheid te komen. Maar er zijn een aantal dingen die je tegenwerken. Zo zit jij vast als Belgisch soldaat in een Nederlands kamp, zitten je vrouw en kinderen in een vluchtelingenkamp op een grote afstand van je af en is het grootste conflict ter wereld bezig: de Eerste Wereldoorlog.

De naam van deze soldaat is Antoine, die in de periode mei 1915 tot september 1915 een dertigtal brieven schreef naar het vluchtelingenkamp van zijn vrouw in een poging om achter de waarheid te komen. Anonieme brieven, afstand en onzekerheid gooien echter roet in het eten en de situatie gaat van kwaad tot erger.

Het verhaal begint op het moment dat de leider van het vluchtelingenkamp te Uden, waar Antoine’s vrouw Maria zit, op 30 mei 1915 een dringende brief ontvangt van Antoine. In deze brief vertelt Antoine dat zijn vrouw wordt beschuldigd van vreemdgaan door haar zus (ongemakkelijk genoeg ook te vinden in hetzelfde kamp als Antoine’s vrouw) en dat hij wil dat de kampleider een onderzoek instelt. Daarnaast meldt hij, hoewel we niet weten of we dit moeten geloven, dat hij voor de oorlog een detective was en de “zaak” graag ook zelf wil oplossen als hij naar het kamp zou mogen komen.

De kampleider gaat hierin mee maar laat Antoine niet naar het kamp komen, waarschijnlijk omdat hij vastzit als gevlucht Belgisch militair in een Nederlands militair kamp in Zeist. Hoewel hij geen gevangene is, mag hij niet zomaar weggaan uit het kamp. Wat volgt zijn maanden van intrige en een steeds groeiende wanhoop van Antoine. Zo laat hij, wanneer zijn vrouw terugkomt van een bezoek aan hem, haar achtervolgen door een medewerker van het kamp om te zien of zij door iemand wordt opgewacht. Ook poogt hij allerlei zaken van haar controleren, zoals de juiste hoeveelheid geld dat zij van de Belgische overheid krijgt.

De kampleider blijft echter keer op keer herhalen dat er geen tot weinig bewijs is van het vermeende vreemdgaan van Maria. Antoine lijkt dit na een aantal maanden te accepteren, wanneer blijkt dat veel feiten van Maria’s verhaal kloppen. Op een gegeven moment lijkt het zelfs een klassiek “eind goed, al goed” einde te zijn. Maria komt weer bij Antoine op bezoek en hij is samen met haar en de kampleider aan het zoeken naar een mogelijke woonplaats voor haar en hun drie kinderen zodat zij dichterbij hem kunnen wonen.

De brief die alles op zijn kop gooit

Na enkele weken van radio(brief)stilte ontvangt de kampleider van Uden tot zijn verrassing weer een brief, ditmaal met de woorden van een zeer overstuur zijnde Antoine die een anonieme brief heeft ontvangen. In deze brief worden zijn vrouw en de vrouw van een vriend van hem allebei beschuldigd van vreemdgaan. Zo zou de vrouw van Antoine regelmatig slapen bij een zekere Engelsman en zou zij elke avond bij hem op bezoek gaan. Hoewel de kampleider Antoine nog probeert te overtuigen van het feit dat de brief niet overeenkomt met het onderzoek dat hij heeft gedaan, lijkt dit voor Antoine het begin van een neerwaartse spiraal te zijn.

In de brieven die volgen wordt Antoine steeds negatiever over zijn vrouw, tot op het punt dat hij haar zelfs beschuldigd van het slecht zorgen voor hun kinderen. Ook scheldt hij haar meerdere malen uit voor hoer en probeert hij ervoor te zorgen dat hun kinderen in Nederland kunnen blijven wanneer zij terug zou willen naar België. Deze neerwaartse spiraal blijft doorzetten tot op het punt dat Antoine uitermate verdrietig lijkt te zijn geworden. De vrouw en kinderen van Antoine en de kampleider ontvangen geen reactie meer en het lijkt erop dat Antoine zichzelf iets gaat aandoen. In alle haast schrijft de kampleider naar het kamp in Zeist waar Antoine zich bevindt, maar dit blijkt te laat te zijn. Op dezelfde dag dat de kampleider deze brief verstuurd, ontvangt hij een brief van een onbekende hand.

Een noodlottig gevolg

Deze brief beschrijft hoe Antoine, na het ontvangen van een brief van zijn vrouw, “treuriger” is geworden. Een medebewoner van zijn barak, degene die de brief schrijft, vertelt dat Antoine opstond en naar het hok van de barak liep. De medebewoner liep hem achterna omdat hij bezorgd was. Toen hij de hoek omsloeg bleek hij echter te laat te zijn, Antoine had zich opgehangen. Door snel te handelen wist hij hem van het touw te bevrijden en tot zijn verbazing bleek Antoine nog te leven. Hij eindigt de brief dan ook met de smeekbede of de kampleider niet iets voor Antoine, zijn vrouw en drie kinderen kan regelen. De kampleider grijpt snel in en laat diezelfde dag nog weten dat de vrouw en kinderen naar het kamp in Zeist zijn vertrokken.

Hierna stopt het briefverkeer, iets dat ons achterlaat met een aantal vragen. Hoe is het afgelopen met Antoine en Maria, hebben zij de oorlog overleefd en waar zijn zij uiteindelijk beland? Uit bronnenonderzoek blijkt dat Maria later nog twee kinderen van Antoine heeft gekregen, een in 1916 en een in 1917, waar Antoine zelfs bij het registreren van het eerste kind aanwezig was. In 1918 werd gemeld dat Maria was uitgeschreven in Rotterdam, waar zij klaarblijkelijk een tijd heeft gewoond met de kinderen. Haar bestemming, en daarmee een einde van het verhaal, is daarentegen helaas niet leesbaar en dus onbekend.

Luister ook naar de podcast over deze zaak

Bron: Archief 157 Regeringscommissaris Vluchtoord Hontenisse / Uden, 1914 – 1937.
53 Correspondentie met justitie- en politie-autoriteiten, over vervolging of disciplinaire afdoening strafbare feiten door vluchtoordenbewoners gepleegd, met bijlagen, 1915 – 1916.

Dit verhaal werd geschreven door studenten Geschiedenis en Actualiteit aan de Radboud Universiteit te Nijmegen voor het projectcollege Alledaagse Criminaliteit in Oorlogstijd in samenwerking met het BHIC.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *